Wespen

Sluipwesp


Sluipwespen lijken op wespen met hun wespentaille. Er bestaan diverse soorten die in grootte variëren van 0,3 mm tot 4,2 cm. Het vrouwtje van de sluipwesp heeft een legboor aan het achterlijf, waarmee ze haar eitjes in andere insecten legt of gif injecteert. Op hun kop hebben ze antennes waarmee ze kunnen tasten en ruiken. Vrouwelijke sluipwespen hoeven niet te paren om eitjes te leggen. Uit onbevruchte eitjes komen mannelijke sluipwespen. Als de eitjes bevrucht worden door een mannetje, komen er vrouwelijke sluipwespen uit voort. Sluipwespen zijn niet in staat om te steken of bijten.

De voeding van sluipwespen: Sluipwespen voeden zich met suikers, gistend fruit, rotte bladeren, bloemen van wilde planten, pollen, bladeren die honingdauw 

Sluipwespen

bevatten, eikenprocessierupsen, witte vliegen, motten, nachtvlinders en bladluizen. Sluipwespen spelen een essentiële rol in de biodiversiteit door het reguleren van populaties van verschillende insectensoorten. Ze worden vaak gebruikt als natuurlijke vijanden in de biologische bestrijding van plagen in de landbouw. Door hun vermogen om andere insecten te parasiteren, helpen sluipwespen bij het in evenwicht houden van ecologische systemen. De levenscyclus van sluipwespen omvat verschillende stadia, van ei tot larve en uiteindelijk tot volwassen wesp.