Welke planten groeien er in april?

Wat groeit er in april

Pieris japonica 'Polar Passion' – Rotsheide (Heester)

Een compacte, winterharde sierheester met roze bloemen in april en mei. Deze rotsheide groeit tot circa 1 meter hoog en 50 cm tot 1 meter breed. De plant heeft een bossige, opgaande vorm en is groenblijvend met glanzend groen blad dat wit gerand is. Geschikt voor halfschaduw en ideaal voor tuinen met koele, vochtige en goed doorlatende grond met voldoende humus.

De heester is ziekte-ongevoelig, wat hem geschikt maakt voor onderhoudsvriendelijke tuinen. Snoeien mag, bij voorkeur in de zomer, maar is niet noodzakelijk. Vermeerderen kan door in het najaar kopstekken te nemen en deze binnenshuis te laten overwinteren.

Vinca minor – Kleine maagdenpalm (vaste plant)

Uitspraak =  VIN-ka MIE-nor

Is een wintergroene vaste plant die blauw bloeit van april tot juli. De plant groeit tot circa 10 cm hoog, en tot 15 cm tijdens de bloei, met een breedte van ongeveer 30 tot 50 cm. Hij staat het liefst op een plek in zon tot schaduw en bloeit rijkelijker in de zon. Deze bodembedekker is winterhard en onderdrukt onkruid effectief. Plantdichtheid is 12 stuks per vierkante meter. Vermeerdering gebeurt door te scheuren of via uitlopers met wortels. De plant is sterk, maar kan gevoelig zijn voor bladvlekkenziekte, meeldauw, wortelrot bij slechte drainage en aantasting door slakken of bladluizen.

Aquilegia 'Spring Magic Rose & Ivoor' – Akelei (Vaste plant)

Uitspraak: A-KWI-LEE-GIA

Is een compacte, winterharde plant met roze-witte bloemen. Bloei al in april tot september. Wordt 25 tot 35 cm hoog en 30 tot 40 cm breed. Trekt bijen aan.  Standplaats zonnig tot halfschaduw, bij voorkeur beschut tegen wind. De bodem dient vochtig, goed gedraineerd en humusrijk te zijn. Door kruisbestuiving kunnen nakomelingen in diverse kleuren verschijnen. Vermeerdering gebeurt door zaaien in de volle grond van april tot en met juni. Het zaad is een lichtkiemer: niet bedekken, licht aandrukken en vochtig houden. Matig gevoelig voor meeldauw en bladmineerders, vooral bij droge of slecht geventileerde omstandigheden.

Saxifraga x arendsii Touran 'White' - Steenbreek (Vaste plant)

Uitspraak = SAK-si-FRA-ga

Compacte, wintergroene vaste plant met witte bloemen in april-mei. Wordt 10–20 cm hoog en 30–45 cm breed. Ideaal als bodembedekker in rotstuinen, borders of potten. Groeit het best in zon of halfschaduw op koele, vochtige, goed doorlatende zanderige grond. Vermijd volle middagzon, droogte, koude wind en drassige bodem. Snoei na de bloei voor compacte groei. Vermeerderen door scheuren. Ziektes: gevoelig voor wortelrot bij natte grond, meeldauw bij slechte ventilatie, bladluizen en slakken. 9 tot 12 planten per vierkante meter.

Actaea rubra - Christoffelkruid (Vaste plant)

Uitspraak = ak-TEE-a

Bloeit in april en mei met pluimvormige witte bloemen. Na de bloei verschijnen opvallende rode bessen die giftig zijn. De plant wordt 60–80 cm hoog en 30–40 cm breed, is niet wintergroen en vormt een compacte pol. Geschikt voor schaduw tot halfschaduw op voedzame, vochthoudende tuingrond. Vermeerdering kan door zaaien of delen. Aanbevolen plantdichtheid is 7 stuks per vierkante meter. De plant is over het algemeen sterk, maar kan bij ongunstige omstandigheden gevoelig zijn voor wortelrot, meeldauw, bladvlekkenziekte en vraat door slakken.

Lamprocapnos spectabilis (voorheen Dicentra spectabilis) - Gebroken hartje, Tranend hartje (Vaste plant)

Uitspraak = LAM-pro-KAP-nos     spek-TA-bi-lis

Bloeit in april en mei roze-witte bloemen. De plant wordt 50 tot 75 cm hoog en circa 40 cm breed, is niet wintergroen maar wel winterhard. Staat het liefst in halfschaduw op humusrijke, niet te droge zandgrond. Na de bloei kan de plant worden gesnoeid, wat nieuw blad oplevert maar geen herbloei. De bladeren worden na de bloei snel minder fraai, waardoor plaatsing vooraan in een border minder geschikt is. Plantdichtheid is 3 stuks per vierkante meter. Vermeerdering: door scheuren in het najaar. Kan gevoelig zijn voor wortelrot bij te natte grond, bladvlekkenziekte, meeldauw en vraat door slakken.

Hyacinthus – Hyacint (bolgewas)

Hyacinthus, beter bekend als hyacint, is een bolgewas dat in april tot mei bloeit in diverse kleuren. De plant wordt ongeveer 20 cm hoog en staat het liefst op een zonnige plek met goed gedraineerde grond. Na de bloei worden de bloemen afgesneden, terwijl het loof blijft staan tot het vergeelt; daarna kan het worden verwijderd. Geef jaarlijks een gift van compost om de bodem te voeden. De bloei neemt na verloop van jaren af, waardoor de hyacint vaak als eenjarig bolgewas wordt beschouwd. Planttijd is van september tot december. De plant kan gevoelig zijn voor bolrot bij slechte drainage, bladvlekkenziekte, meeldauw en aantasting door bladluizen of slakken.

Iberis sempervirens – Scheefkelk (vaste plant)

Iberis sempervirens, bekend als scheefkelk, is een groenblijvende vaste plant die wit bloeit van april tot juni. De plant wordt circa 25 cm hoog en 30 tot 40 cm breed. Hij staat het liefst op een zonnige tot halfschaduwrijke plek in goed doorlatende grond. Na de bloei kan hij worden teruggesnoeid om een compacte vorm te behouden en mogelijk een tweede bloei te stimuleren. Vermeerdering gebeurt door scheuren. De plant is redelijk winterhard, maar kan bij strenge vorst enige bescherming gebruiken. Scheefkelk is over het algemeen gezond, maar kan gevoelig zijn voor wortelrot bij slechte drainage, bladvlekkenziekte, meeldauw en aantasting door slakken of bladluizen.

Polygala chamaebuxus 'Grandiflora' – Vleugeltjesbloem (vaste plant)

Uitspraak = po-LIE-ga-la ka-ma-EE-buk-sus

Polygala chamaebuxus 'Grandiflora', is een laagblijvende, wintergroene vaste plant die bloeit met opvallende geel-paarse bloemen van april tot augustus. De plant wordt 10 tot 20 cm hoog en circa 30 cm breed. Hij is winterhard tot -20 °C en staat het liefst in halfschaduw op droge tot matig vochtige, goed doorlatende bodem. Na de bloei kunnen de stengels worden teruggeknipt om de vorm te behouden. Vermeerdering gebeurt door zaad. Plantdichtheid is 11 stuks per vierkante meter. De plant is over het algemeen gezond, maar kan gevoelig zijn voor wortelrot bij slechte drainage, bladvlekkenziekte, meeldauw en aantasting door bladluizen.